zaterdag 31 januari 2015

Leestips (67)



Etta & Otto & Russell & James Emma Hooper
 
Op een dag vindt Otto op de keukentafel in zijn farm in Saskatchewan een briefje van zijn 82-jarige, langzaam dementerende vrouw Etta, met de mededeling dat ze er te voet vandoor is richting oceaan, meer dan 3000 kilometer verderop. Lang geleden ging Otto zelf op reis, maar dan als soldaat om te vechten in een ver land. Toen schreven ze elkaar brieven, nu doen ze dat opnieuw. Hij gaat haar niet achterna, want hij weet dat Etta deze reis alleen moet maken.  Buurman Russell echter vindt dat Otto tekortschiet en gaat dan maar zelf op zoek naar Etta, zijn eigenste heimelijke grote liefde. Ondertussen is Etta onderweg en heeft ze in de coyote James een wijze reisgezel gevonden met wie ze wonderlijke gesprekken voert.
Deze beeldrijke debuutroman van de Canadese Emma Hooper vertrekt vanuit een nogal ongewoon, maar wel erg origineel uitgangspunt, waarvoor ze wellicht uit eigen leven en ervaringen als jonge hippie en wereldreizigster heeft geput. De stijl is sober, maar doeltreffend en zelfs poëtisch, en ondersteunt daarmee deze langzaam vorderende reis, terwijl de onderlinge relaties tussen de vier titelpersonages mooi worden uitgediept.
Een heerlijke, meelevende, ja zelfs ontroerende road movie, die zich het best laat lezen met een klein lichtje in een warm bed onder een dik deken.

vrijdag 30 januari 2015

donderdag 29 januari 2015

Poëtegem (43)



Vandaag Gedichtendag

Einde en begin (Wislawa Szymborska)

Na elke oorlog
moet iemand opruimen.
Min of meer netjes
wordt het tenslotte niet vanzelf.
Iemand moet het puin
aan de kant schuiven
zodat de vrachtwagens met lijken
over de weg kunnen rijden.
Iemand moet waden
door het slijk en de as,
de veren van canapés,
de splinters van glas
en de bloederige vodden.
Iemand moet een balk aanslepen
om die muur te stutten,
iemand het glas in het raam zetten,
de deur in de hengels tillen.
Fotogeniek is het niet
en het kost jaren.
Alle camera’s zijn al
naar een andere oorlog.
De bruggen moeten terug
en de stations opnieuw.
Van het opstropen
gaan mouwen aan flarden.
Met een bezem in de hand
vertelt iemand nog hoe het was.
Iemand luistert en knikt
met een hoofd dat nog niet is afgekletst.
Maar bij hen in de buurt
duiken al gauw lieden op
die het begint te vervelen.
Soms zal iemand nog
onder een struik
doorgeroeste argumenten opgraven
en ze naar de vuilnishoop brengen.
Zij die wisten
waarom het hier ging,
moeten wijken voor hen
die weinig weten.
En minder dan weinig.
En ten slotte zo goed als niets.
In het gras, overwoekerd
door oorzaak en gevolg,
moet iemand liggen die
met een aar tussen zijn tanden
naar de wolken staart.

woensdag 28 januari 2015

Mooie zinnen (31)



Ik kan niet tegen mensen die klagen. En daar wemelt het nu juist van in deze wereld. Daarom heb ik een probleem met mensen.
(De kokkin van Himmler, Franz-Oliver Giesbert)

dinsdag 27 januari 2015

Mooie woorden (55)



-       Tzit ier nen droid vernesseld in meen brouk.
-       Tuu ne kier. Ketswonder of dat gienn tirink es.
-       Ogije vuilboird. Ge zijt ziendelingen blind gij.
-       Proufter ne kier van, ge zullet sebiet weetn.

Het moet gezegd dat ook in 2015 Geert bij de pinken is, met alweer een vlekkeloze vertaling:

-       Er zit een draad verstrengeld in mijn broek
-       Laat eens zien. ‘k Vraag mij af of dat geen pier/regenworm is.
-       Och, jij smeerpoes. Jij bent ziende blind, jij.
-       Proef er eens van, je zult het meteen weten.


In de reeks ‘fijnbesnaarde conversaties’, deze week:

-          Kijkkijk, ij ligt doir ip zeen gat achter die balote struut.
-          Joij, ij zal duudip zeen.
-          Da geluuvek, ij ee te hieln da an de desmasiene stoin wirkn.
-          Nui ligt ie doir te bassn gelijk ne duuen ond.
-          Tmoe toir een vrie trekgoit geweest zeen.
-          Te pertank giene schamoteur.
-          Nient, te mier ne liepe sloeber die ui vlakaf  ui zottegiet zoe seggn.