-
Och gij schriemmuile, gijen
blitter, kgoi ui ne flitter geevn ois ge ni ipout.
-
Jomoir, kben meen portefoelde
kwijt.
-
Wadde? Oe es da nui meuelijk?
-
Zen ze afgepakt.
-
Wiendadde? Wacht tot oizek ze
vinne, d’uelekoirs. Tzal ulderen besn dag ni zeen.
betekent zoveel als:
-
Wheiheihei!
-
Och, jij huilebalk, jij janker, ‘k
ga je een draai om je oren geven als je niet ophoudt.
-
Jamaar, ‘k ben mijn portefeuille
kwijt.
-
Wablief? Hoe is dat nu mogelijk?
-
Ze hebben ze afgepakt.
-
Wie? Wacht tot ik ze vind, de schavuiten.
Het zal hun beste dag niet zijn.
In de reeks “levensbedreigende conversaties”,
deze week:
-
Ge moet nui ne kier kijken, den dienn
drogt een brouk mee olifantepijpn.
-
Dad es toch gien mode mier?
-
Tes doir nie van. Kijkt, ij kruipt
er mee ip zeene velo. Peisde gij wa da kik peize?
-
Oeijij, die olifantepijpn…
-
Jaja, ze goin in zeen keetinge
droijen.
-
Zuu ziere of telln.
-
Da ziede van ier.
-
En wa goiter tons gebeurn?
-
Ge meug et nie peizn.
- Moet je nu eens kijken! Die draagt een broek met brede pijpen.
BeantwoordenVerwijderen- Dat is toch geen mode meer?
- Nee, dat bedoel ik niet. Kijk, hij gaat ermee fietsen. Denk jij wat ik denk?
- Oeioeioei, die brede pijpen...
- Inderdaad: ze gaan in zijn fietsketting draaien.
- En 't zal niet eens lang duren eer dat gebeurt.
- Dat zie je zo.
- En wat gaat er dan gebeuren?
- Je mag er niet aan denken.
Geert