“Op zo’n vijfhonderd meter is het
pikdonker. Er is geen fotosynthese meer mogelijk, het is over en uit voor alle
planten. In die diepten leeft de Groenlandse haai.”
De Groenlandse haai is de grootste
vleesetende haai ter wereld en een monster van acht meter lang en een ton
zwaar. Zo’n beest willen auteur Morten en zijn vriend Hugo vangen.
“Veel succes en tot een andere
keer”, zou een spontane reactie kunnen zijn, maar lees toch maar verder. Je
krijgt namelijk van alles wat: een avonturenroman over twee mannen in de ban
van de zee, een boeiend verslag van verschillende pogingen om zo’n haai in de
netten te krijgen, heerlijke mijmeringen en bespiegelingen over het leven.
We krijgen een kijk op het leven
onder en boven water vanuit verschillende invalshoeken. Hugo is ambachtsvisser
van huis uit, visverwerker, kunstenaar, Morten is journalist, historicus,
fotograaf en verteller. Beiden zijn ze gelukkig als kinderen als ze weer eens
op de Vestfjord gaan varen. Het uiterst meeslepende verhaal is een mix van
wetenschap, mythologie, geschiedenis en literatuur. Bovenal is het natuurlijk
een ode aan de Groenlandse haai die door de extreem lage temperaturen een
langzame stofwisseling heeft, waardoor hij wel vierhonderd jaar oud kan worden.
Er is de overweldigende natuur, de
veelvoud en rijkdom aan leven onder water, van de grootste dieren ter wereld,
over bizarre krabben, octopussen, lichtgevende slingers en minuscule
zeepaardjes, tot kwallen van 40 meter lang. Maar er is ook de bedreiging door
de mens. Terwijl er per jaar misschien tien mensen worden aangevallen door
haaien, worden er wel 70 miljoen haaien gedood.
Een bloemrijk en beeldend boek dat
soms op een encyclopedie lijkt, maar nooit verveelt, over de evolutie der
soorten, het uiterst veelzijdige leven in de diepzee, natuurbehoud en
vriendschap.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten