dinsdag 4 februari 2020

Moeilijke woorden (41)


onvermurwbaar: onverbiddelijk, meedogenloos, onbuigzaam, vastberaden

[r en w achter elkaar geven altijd problemen, zowel in uitspraak als in schrijfwijze]

° van het Latijnse mortarium, via het Duitse mürbe naar murw, wat zacht betekent

Haar strenge vader was onvermurwbaar en wilde niet over zijn hart strijken: haar gifgroen geverfde haren moest ze onmiddellijk afscheren.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten