donderdag 12 mei 2022

Oude woorden (139)

genoeglijk: behaaglijk, gezellig, aangenaam, aardig, prettig

Zij zat genoeglijk een kopje thee te drinken op het terras, terwijl hij een genoeglijke middag doorbracht met de de kleinkinderen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten