Sira komt terecht bij de pensionhoudster Candelaria in Tétouan, waar ze een naaiatelier opent voor rijke buitenlandse dames en zo komt ze in contact met de echtgenotes van belangrijke politici die in verbinding staan met Franco en een resem nazikopstukken. Op deze manier wordt de politiek ten tijde van de burgeroorlog en de tweede wereldoorlog vakkundig verweven in dit verhaal. Pro- en contra-nazi-Duitsland komen allebei aan bod, ook als Sira wordt ingezet als spionne voor de Britse geheime dienst.
Op een uiterst doelmatige manier zuigt Maria Dueñas je haar verhaal binnen. Ze brengt Sira en haar entourage tot leven en sleept je mee doorheen deze turbulente periode in Spanje met een aantal belangrijke politieke ontwikkelingen, die extra gewicht geven aan het verhaal dat op zich al erg boeiend is. Sira evolueert langzaam maar zeker van kwetsbaar, wereldvreemd meisje tot zelfzekere, sterke vrouw van de wereld.
Het Leesgegroetschap was unaniem in zijn lof voor deze hoogstaande mix van fictie en werkelijkheid. Er zit vaart in, het is goed geschreven en uiterst leesbaar, er zitten kleurrijke figuren en spannende momenten in en het geeft ook nog een beetje geschiedenisles over Spanje in de jaren dertig. Waren er sterren te verdelen voor Maria Duenas, ze kreeg er vier, of misschien wel vijf.
