maandag 11 december 2017

Leestips (149)



Beppe Fenoglio Doem
Agostino Braida wordt voor zeven goudstukken per jaar en een broek met Kerstmis verhuurd als knecht aan boer Tobia. Hij werkt er als de beesten en leidt een voorspelbaar onmenselijk leven om aan de schrijnende armoede te ontsnappen. Als je naar de buren moet om de lamp te laten aansteken en zo een lucifer uit te sparen, dan weet je wel hoe diep die armoede ongeveer reikt.
Agostino is een bangerik op de koop toe en ontneemt daardoor zichzelf de kans op een beetje vrijheid en geluk. Almaar dieper wordt de ellende, zeker ook als de liefde die hij voor het dienstmeisje Fede voelt, wordt afgestraft. Geen geluk dus voor Agostinio, en aan de armoede waarin hij is geboren, zal hij ook al niet ontsnappen.
Doem is een rechttoe-rechtaanverhaal, zonder opsmuk of franjes, maar ook zonder hoop op een beter leven. Geen vrolijke geschiedenis dus, veeleer voert de zwartgalligheid de boventoon, maar je blijft wel doorlezen, want Fenoglio schrijft als de beste. Dat het al somberheid en miserie is, neem je er dan graag bij. Je leest het niet omdat het al kommer en kwel is, je leest het voor Fenoglio’s trefzekere en sierlijke pen, en net omdàt hij zo goed schrijft over al die ellende.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten