donderdag 31 december 2020

Oude woorden (119)

lawijt: laweit, kabaal, misbaar, leven, spektakel, bombarie, gerucht, geraas, gedruis, getier, herrie, rumoer

Ze maakte zoveel lawijt dat hij er als de bliksem vandoor ging en met een enorm gedruis van de trap afdonderde.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten